klik op de witte balken om een nieuw blad te openen
De present continuous is altijd :
een vorm van BE + -ing
I am working.
He is studying.
We are having a party.
I am walking
He,she,It is walking
You are walking
We are walking
They are walking
You are walking
Je gebruikt deze vorm meestal om aan te geven dat iets NU bezig is
Please don't make so much noise. I'm working. (not 'I work')
'Where's Margaret?' 'She's having a bath.' (not 'she has a bath')
Je kunt deze vorm gebruiken om aan te geven dat je iets van plan bent
We are having dinner at Mcdonald's this evening.
Tot slot kun je de continuous ook gebruiken om ergernis mee uit te drukken
My big brother is always teasing (plagen) me.
He is always complaining (klagen) about the food.